Ate Dijkstra stond bij het begin van deze goed bezochte bijeenkomst (45 aanwezigen) vanzelfsprekend stil bij het plotseling overlijden van Minko van der Veen, vlak voor kerst vorig jaar.
Hij schetste nog eens de grote betekenis van Minko voor de Vlinderwerkgroep en zijn veelzijdigheid, zowel als stimulerende en dragende kracht bij de activiteiten van de werkgroep als zijn betrokkenheid bij de vrijwilligers. Na een minuut stilte te zijner nagedachtenis illustreerden ook de beelden van zijn film ‘Dagvlinders in Noord-Drenthe’ zijn grote kennis, kunde en liefde voor de natuur.
Het vertonen van de film, die bij het doornemen van Minko’s digitale vlinderarchief was gevonden, had de instemming van Nienke van der Veen, die ook op deze avond aanwezig was.
Als laatste onderdeel voor de pauze bracht Ate nog eens het Boerenlandvlinderproject onder ieders aandacht. Het doel daarvan is, aan de hand van de verspreidingskaartjes opgenomen in de nieuwe atlas, de komende jaren te volgen hoe het met de 12 hiertoe gerekende soorten gaat (zie Voorjaarsnieuwsbrief 2018). Behalve per km-hok vast te stellen welke boerenlandvlinders er nog zijn, is ook het aantal exemplaren belangrijk: zoveel mogelijk tellen dus. Dankzij de provincie Drenthe lag er voor iedereen een set van de verspreidingskaartjes klaar. Wie er niet was of alsnog de kaartjes wil ontvangen, kan een setje aanvragen bij Robertjan Huizing , die zich beschikbaar heeft gesteld om de taken van Minko zo goed mogelijk over te nemen. In een kort praatje stelde hij zichzelf even voor, wat door de aanwezigen met een warm applaus werd beantwoord.
Ter afsluiting van dit onderdeel vroeg Hindrik Lanjouw aandacht voor de waardplanten van het Klein koolwitje: weten we eigenlijk wel welke dat zijn? Volg daarom eens even een vrouwtje en noteer op welke plantensoort(en) eitjes worden afgezet. En maak er een foto van! Ook deze gegevens kunnen naar Robertjan. Wellicht kan er in de Najaarsnieuwsbrief een leuk artikeltje over verschijnen.
Voor de “verloting” in de pauze lagen weer de nodige boeken, tijdschriften en andere voorwerpen uitgestald. Dat leverde in de melkbus iets meer dan 60 euro op: met dank aan de goede gevers.
Na de pauze nam Ben van As ons mee naar de wondere wereld van de bladmineerders. Deze Mijnwerkers in bladeren kunnen al naar hun vraatwijze in verschillende groepen worden ingedeeld. Er zijn gang-, blaas-, vouw- en vlekmijnen, maar ook combinaties ervan komen voor en ze zitten niet alleen in bladeren maar ook in vruchten, naalden, stengels en schors. Van verschillende van deze groepen kwamen intrigerende voorbeelden langs, voor velen een hele nieuwe wereld.
In de presentatie kregen ook de bijna uitgestorven Valkruidmineermot en de bladmijn Stigmella nivenburgensis, een nieuwe soort voor Nederland die voorkomt op Kraak- en Schietwilg, een plaatsje.
Eef Arnolds besloot deze voorjaarsbijeenkomst met een prikkelende presentatie voor vakkenvullers, als uitdaging voor het nieuwe micro- en macroseizoen om, net als voor Zeeland, op termijn een Drentse nachtvlinderatlas het licht te doen zien. Ook de dagvlinderaars kunnen daaraan bijdragen door waarnemingen van, goed herkenbare, dagactieve nachtvlinders, zoals de Sint-Jansvlinder, Sint-Jacobsvlinder en Metaalvlinder door te geven. Hij sloot zijn presentatie af met mooie foto’s van Weeskinderen en enkele andere soorten, die landelijk als algemeen te boek staan, maar in Drenthe tot nu toe maar mondjesmaat gezien zijn.
Ben Hoentjen